Christus, onze vrede

 Het is bijna niet te geloven dat iemand in het licht van de dood en het afscheid zo een rustige vertrouwvolle boodschap kan geven zoals Jezus het deed bij het laatste avondmaal (Joh 14,23-29).

Hij geeft het mooiste geschenk dat we kunnen krijgen en wensen: “Vrede laat ik u na, mijn vrede geef ik u.”   Is dit niet onze diepste verlangen; vrede, vrede met onszelf, met onze omgeving, vrede in de wereld, vrede met God.

Hij schenkt ons vooral de vrede van het hart. Frère Roger van Taizé sprak in dit verband graag over’ la confiance du coeur’. Dit vertrouwen van het hart steunt op de liefde van God en de vriendschap van Jezus en de aanwezigheid van de Geest.

Tijdens zijn leven heeft Jezus ongetwijfeld vaak zoals elke Israëliet zijn medemens begroet en hem en haar de shalom toegewenst. Een woord met een rijke Bijbelse inhoud.

Pax et bonum, vrede en alle goeds

Wanneer Jezus 72 leerlingen op zending stuurde dan gaf hij hen de opdracht om vrede te brengen en vredelievende mensen op te zoeken. “In welk huis ge ook binnengaat; laat uw eerste woord zijn: vrede aan dit huis!” (Lc. 10,5). Pax et bonum, vrede en alles goeds, dit was de wens en de groet van Sint Franciscus van Assisi.

Jezus prijst hen zalig die vrede brengen. “Zalig die vrede brengen, want ze zullen kinderen van God genoemd worden” (Mt. 5,9). Vrede is meer dan lief zijn en netjes voor elkaar. Vandaar dan toch deze uitdagende uitspaak. ”Denk niet dat ik vrede ben komen brengen, maar het zwaard” (Mt. 10, 34). Omwille van Jezus en de navolging moeten we keuzes maken.

In het verhaal van de paasdag bij Johannes en dit van de achtste paasdag komt Jezus bij zijn leerlingen. We horen hem driemaal zeggen: “Vrede zij u” (Joh .20,19-31). Maar het is niet alleen een wens, Jezus zelf brengt vrede. De vergeving die hij geeft en bewerkt, maakt deze vrede concreet.

 

Jezus is onze vrede. “Hij die de twee werelden één gemaakt heeft en de scheidingsmuur heeft neergehaald… Hij heeft vrede gesticht door in zijn persoon uit de twee één nieuwe Mens te scheppen” (Ef. 2,14). Hij vernietigt wat Israël van de heidenen scheidt.

Onvrede

In het woord ‘tevredenheid’ horen we de klank van de vrede. Vrede schept vreugde. Ontevredenheid wijst op gebrek aan vrede. Er is veel ontevredenheid, dit om zo veel redenen: gezeur over de politiek, klagen over de levensduurte, verscheurende keuzes, prikkelbaarheid, spanningen in gezinnen en tussen buren. Wij bidden om vrede. “Er wordt zoveel geleden, de mensen zijn zo bang, de toekomst is zo duister, en ons geloof zo klein” (Zingt Jubilate, 516).

Vrede is veraf wanneer de oorlog woedt. 8 mei 1945 was het einde van de tweede wereldoorlog. Het vredesdividend begon te stijgen. Maar hoeveel oorlogen en hoeveel slachtoffers waren er sindsdien! Hoe lang duurde de Koude oorlog tussen Oost en West? Opstand in Praag en in Budapest. Oorlog in de Balkan. De blijvende onrust in Israël en Palestina. Conflicten in Afrika, de oorlog in Vietnam, Myanmar, Irak, Afghanistan, Syrië en wat we nu al twee maanden meemaken in Ukraine met verwoeste steden, vele doden, vluchtelingen….

De lijst van oorlogen en onlusten is lang. Hoe wordt de ene mens de vijand van de ander? Waarom is Kain nog steeds onder ons? Waarom heeft God een mens geschapen die zijn broeder en zuster kan haten, die tuigen en middelen kan maken die hem zelf vernietigen; drugs, wapens, de atoombom?

Opbouw

Vrede groeit wanneer we aandacht hebben voor elkaar, eerbied voor elk mensenleven, wanneer we de andere als medemens kunnen aanvaarden; wanneer mensen opnieuw met elkaar praten. Ook de andere partij beluisteren. Dit is een oude rechtsregel. Et audiatur altera pars. Laat ook de andere aan het woord. Een regel, in het groot geschreven in de vredeszaal van Munster, waar de vrede van Westfalen na godsdienstenoorlogen tot stand kwam.

Binnen de kerk zijn er van bij de beginne spanningen geweest. De Handelingen berichten over het overleg in Jeruzalem. De verkondiging van Jezus ging niet alleen naar het Joodse volk maar kreeg ook gehoor bij de heidenen. Door samen te overleggen, naar anderen te luisteren, door te bidden tot de Geest namen de aanwezige apostelen in Jeruzalem belangrijke beslissingen voor de groei van de kerk en werden moeilijkheden overbrugd.

Hoe zeer we het verlangden, toch zijn de Kerken er niet in geslaagd om een vredesbestand te bekomen in Oekraïne voor het orthodoxe paasfeest. Binnen de oecumene is een grote ontgoocheling om de standpunten van patriarch Kyrill van de Russisch orthodoxe kerk.

In elke eucharistie bidden we om vrede. Wij herinneren Jezus aan zijn woord; “Mijn vrede geef ik u, mijn vrede laat ik u.” Aan hem, die is het Lam Gods, die geleden en geslachtofferd werd, vragen we om vrede.

Het gebed van het Onze vader heeft een vaste plaats in de eucharistie. Het eindigt met de bede om bevrijding uit het kwade. In het gebed dat erop volgt richten we ons tot de Vader en bidden we:

“Verlos ons van alle kwaad.

Geef vrede in onze dagen, dat wij, gesteund door uw barmhartigheid,

vrij mogen zijn van zonde en beveiligd tegen alle onrust,

hoopvol wachtend op de komt van Jezus Messias uw Zoon.

Sinds lang sluit dit gebed aan bij de laatste bede van hetr Onzevader. Het zou komen van paus Gregorius toen Rome door vijanden omringd was en bedreigd. Elke dag worden we geconfronteerd met geweld. Er gaat geen dag voorbij zonder dat er ergens gedood wordt.

In elke eucharistie wordt dit gebed in herinnering gebracht en bidden wij om vrede. Moge de wens en de inzet naar vrede ons blijven bezielen. Moge de innerlijke vrede groeien, die steunt op de verbondenheid tussen God en mens. Vrede door de verbondenheid van de Vader, de Zoon de de heilige Geest. Dit heeft Jezus ons beloofd: “Als iemand Mij liefheeft, zal hij mijn woord onderhouden. Mijn Vader zal hem liefhebben en Wij zullen tot hem komen en verblijf bij hem nemen” (Joh. 14,23).

Antoine Rubbens

****************

Boodschap van Frère Roger in zijn Onvoltooide Brief, geschreven voor de Europese ontmoeting 2005:

Ik laat jullie vrede na; mijn vrede geef ik jullie.” ([Joh. 14,27).

Wat is dat voor een vrede, die God ons geeft?

Het is allereerst een innerlijke vrede, een vrede van het hart. Die vrede helpt ons om met een hoopvolle blik naar deze wereld te kijken, zelfs al wordt die zo vaak verscheurd door geweld en conflicten.

De vrede die God ons geeft, is ook een instrument waarmee wij, in alle bescheidenheid, kunnen bijdragen aan het bevorderen van vrede op plaatsen waar die wordt bedreigd.

Wereldvrede is dringend noodzakelijk om het lijden te verlichten, in het bijzonder opdat de kinderen van vandaag en morgen niet meer in angst en onzekerheid hoeven te leven.

Johannes beschrijft in zijn evangelie, vanuit een plotseling helder aanvoelen, in drie woorden wie God is: “God is liefde.” (1 Joh. 4,8) Als wij slechts deze drie woorden zouden begrijpen, zou ons dat al heel ver brengen.

Wat is het dat ons raakt in deze woorden? Dat is de zekerheid die er uit oplicht: God heeft Christus niet naar de wereld gezonden om wie dan ook te veroordelen, maar opdat ieder mens zich bemind weet en de weg naar gemeenschap met God kan vinden.

Maar waarom worden sommigen gegrepen door de verwondering over deze liefde en weten zij zich bemind of zelfs vervuld, en hebben anderen de indruk dat ze tekort komen?

Als iedereen het maar zou begrijpen: God vergezelt ons tot in onze diepste eenzaamheid. Hij zegt tot ieder mens: “Jij bent kostbaar in mijn ogen en waardevol; Ik houd van je.” ( Jes. 43,4). Ja, God kan niet anders dan zijn liefde geven, dat is de samenvatting van heel het evangelie.

Zijn onbegrensde barmhartigheid in alle eenvoud aannemen, dát is het wat God van ons vraagt en waartoe Hij ons ook in staat stelt.

Het feit dat God ons liefheeft, is soms moeilijk te begrijpen. Maar het besef dat zijn liefde bovenal bestaat uit vergeving, stelt ons hart gerust en vormt het zelfs om.

Zo kunnen we, in God, loslaten wat ons hart bezwaart. Daarin ligt de bron waaruit we steeds weer nieuwe kracht kunnen putten.

Beseffen we dat wel genoeg? Gods vertrouwen in ons is zo groot dat Hij ieder van ons roept. Wat houdt die roeping in? Hij nodigt ons uit om lief te hebben, zoals Hij liefheeft. En liefde kan niet dieper reiken dan dat je jezelf geeft voor God en anderen.

Wie leeft vanuit God, kiest ervoor om lief te hebben. En een hart dat vastbesloten is om lief te hebben, kan onbegrensd goedheid verspreiden.

Wie probeert lief te hebben vanuit vertrouwen, vindt zijn leven vervuld met verstilde pracht.

Wie ervoor kiest om lief te hebben en dat uit te stralen in zijn leven, stelt zichzelf één van de moeilijkste vragen die er bestaan: hoe kan ik de pijn en het leed van mensen ver weg en dicht bij verlichten?

Maar wat betekent het om lief te hebben? Is dat delen in het lijden van hen die het slechtst worden behandeld? Ja, dat is het.

Betekent het dat je een onbegrensde goedheid van hart bezit en jezelf belangeloos vergeet ten behoeve van anderen? Jazeker.

En nog eens: wat betekent het om lief te hebben? Liefhebben, dat is vergeven, leven vanuit verzoening.  En verzoening, dat is altijd als een lente voor de ziel.

In het kleine bergdorp waar ik geboren ben, woonde vlak bij ons huis een groot gezin. Ze waren heel arm. De moeder was overleden. Eén van de kinderen – hij was iets jonger dan ikzelf – kwam vaak bij ons. Hij hield van mijn moeder alsof ze zijn eigen moeder was. Op een dag vertelden ze hem dat ze het dorp zouden verlaten. Dit vertrek was voor hem heel moeilijk. Hoe moet je een kind van vijf of zes jaar oud troosten? Het was alsof hij niet het perspectief bezat dat nodig was om zo’n scheiding te kunnen plaatsen.

Kort voor zijn dood, verzekert Christus de zijnen ervan dat ze getroost zullen worden: Hij zal hen de heilige Geest zenden. Die zal voor hen een steun en trooster zijn. En Hij zal altijd bij hen blijven. ]

Ook vandaag nog fluistert Hij in ieders hart: “Ik laat je nooit alleen, Ik zend je de heilige Geest. Zelfs als je in diepe wanhoop verkeert, blijf Ik dicht bij je.”

De troost van de heilige Geest ontvangen, betekent dat wij proberen onszelf in stilte en vrede aan Hem over te geven. Als ons dan ernstige dingen overkomen, is het mogelijk dat wij die kunnen overstijgen.

Zijn wij dan zo kwetsbaar dat we troost nodig hebben?

Het kan een ieder van ons overkomen dat we diep geschokt worden door een persoonlijke beproeving of het lijden van anderen. Dit kan zo ver gaan dat het ons geloof aan het wankelen brengt en onze hoop uitdooft. Om het vertrouwen van het geloof en de vrede in ons hart weer terug te vinden, is het soms nodig dat we geduld hebben met onszelf.

Er is een leed dat buitengewoon diepe sporen achterlaat: dat van de dood van iemand die ons lief is, iemand die we misschien nodig hadden om onze weg voort te zetten op aarde. Maar het kan dat zo’n beproeving omgevormd wordt en ons zo opent voor een gemeenschap.

Aan iemand die extreem leed ondervindt, kan hernieuwde vreugde vanuit het evangelie worden gegeven. God brengt licht in het mysterie van het menselijk lijden en gaat hierin zo ver dat Hij ons welkom heet in de intimiteit van zijn nabijheid.

Zo zijn we op een weg van hoop gezet. God laat ons niet alleen. Hij neemt ons mee op weg naar een gemeenschap, naar die gemeenschap van liefde die de Kerk is, zo ondoorgrondelijk en tegelijk zo onmisbaar...

De Christus van gemeenschap  geeft ons dit immense geschenk van troost.

In de mate waarin de Kerk in staat is om vergeving en mededogen over te brengen en daarmee bij te dragen aan de genezing van het hart, in die mate maakt ze de gemeenschap met Christus in alle volheid, toegankelijker.

Wanneer de Kerk aandachtig en zorgvuldig is in het liefhebben en in het verstaan van het mysterie van elke mens, wanneer zij onvermoeibaar luistert, troost en geneest, dan openbaart zich het licht van haar diepste wezen: zij wordt een heldere afspiegeling van gemeenschap.

Verzoening en vrede zoeken betekent een strijd in jezelf. Het is niet de weg van de minste weerstand. Niets wat duurzaamheid heeft, wordt gemakkelijk opgebouwd. De geest van gemeenschap is niet iets naïefs, het is een verruimen van je hart, een diepgaande welwillendheid die niet luistert naar verdachtmakingen.

Gaan wij, om dragers van gemeenschap te zijn – ieder van ons in ons eigen leven – verder op de weg van vertrouwen en goedheid van hart die zich altijd weer vernieuwt?

Op die weg zullen soms tegenslagen zijn. Laten we onszelf er dan aan herinneren dat de bron van vrede en gemeenschap in God ligt. In plaats van ons te laten ontmoedigen, roepen wij tot de heilige Geest om hulp in onze kwetsbaarheden.

En ons leven lang stelt de heilige Geest ons in staat om steeds weer op weg te gaan, van begin naar begin, een toekomst van vrede tegemoet. 

In zoverre onze gemeenschap mogelijkheden creeert om in de mensenfamilie ruimte te scheppen voor ...

Brief uit Taizé